Het ongewapende gevecht is de eerste en belangrijkste focus in Dokko Ryu. Wanneer we spreken over Dokko Ryu Jujutsu verwijzen we specifiek naar het luik ongewapende technieken. Let wel op, schrijfwijze doet er toe. Jujutsu bestaat uit twee kanji (tekens) namelijk “Jû” en “Jutsu”. Het laatste, jutsu, laat zich vertalen als “technieken”, terwijl het eerste zich wat misleidend als “zacht” laat vertalen. Variaties die men vaak ziet zoals “jiu jitsu” hebben geen enkele grond in de Japanse taal. Jujutsu is in feite synoniem voor “taijutsu” of “lichaamstechnieken”, en is zeker niet “zacht”. Men leert een uitgebreid arsenaal trap- en slag technieken, worpen, klemmen, wurgingen, drukpuntmanipulaties en technieken om zich tegen al deze dingen te verdedigen of er aan te ontkomen. Het individuele traject begint bijgevolg met een aantal jaren training in ongewapende technieken, en wordt vervolgens aangevuld met lange stok, korte stok en het zwaard (bujutsu). De ongewapende component blijft echter de onmiskenbare rode draad doorheen het ganse individuele traject.

Ongeacht onze traditionele komaf beoefenen we een levende krijgskunst. Bijgevolg spenderen we ook aandacht aan praktische toepassingen van de technieken. Men leert zich gepast te verdedigen tegen verschillende gradaties van bedreiging en agressie door middel van mentale en fysieke trainingsvormen.

Dokko Ryu Jujutsu is geen competitiegerichte jujutsu variant, maar blijft trouw aan de principes van het doeltreffende nabije gevecht, waarbij persoonlijke veiligheid tijdens een gewelddadig incident belangrijker zijn dan “punten scoren” of “eerlijk vechten”. Met andere woorden, de focus is niet “overwinnen” maar “overleven”.

In onze Dojo worden zonder meer de traditionele waarden en gedragsregels die onlosmakelijk met klassieke krijgskunst gepaard gaan afgedwongen. Op deze manier kunnen we een veilige en serene trainingsomgeving creëren, waar zowel de geest als het lichaam gevormd worden.

Dokko ryu is in eerste instantie een technisch veeleisende stijl die veel minder gebonden is aan de mogelijke fysieke beperkingen van de beoefenaars dan de agressievere, vaak competitiegerichte stijlen. Dokko ryu is met andere woorden niet enkel weggelegd voor 20-jarige krachtpatsers, maar kan geleerd worden door iedereen met de wil en het doorzettingsvermogen om te trainen. Het gaat immers niet om “elkaar verslaan” maar om “samen leren en oefenen”.